Een vintage lesje in retro jurken
We gebruiken retro en vintage jurken graag door elkaar heen en verwijzen dan meestal naar rokjes, jurken en andere mode accessoires uit de vorige eeuw, met een duidelijk stempel van de jaren 50. Maar vintage is in de volksmond ook vaak in gebruik voor tweedehandskleding of broeken met een duidelijk gedragen look, ook al liggen ze spiksplinternieuw in de winkel. Tijd voor wat opheldering misschien. Want ook de jurken, rokjes en bloesjes die je op deze site vindt zijn natuurlijk niet tweedehands, maar wel duidelijk retro geïnspireerd. Hoe zit dat nou?
Vintage of retro?
Vintage is een term die gebruikt wordt bij whisky stoken en staat dan voor echt en authentiek. Ee vintage jurk is dan ook een jurk die daadwerkelijk is ontworpen én gefabriceerd in de vorige eeuw, ergens tussen 1920 en 1980. Het zijn “overgebleven” exemplaren uit die tijd, nieuw of nauwelijks gedragen. De nieuwe exemplaren zijn vaak incourante maten, de hele dunne of de wat zwaardere onder ons zullen dus eerder een mooi vintage jurkje scoren dan de middenmoot onder ons met maatje 38-42 (Dat is ook de reden dat je wanneer je via deze site besteld je dan ook soms de jurkjes niet in jouw maat zult kunnen vinden.
Maar gelukkig zijn er wel andere retrojurken die in alle maten te krijgen zijn). Heb je een jurkje van na die tijd, dan kan dat natuurlijk best “nieuw” zijn in de zin van niet gedragen. Is het kledingstuk wel gedragen dan heet het vanaf 1980 gewoon tweedehands. Retro zijn eigenlijk alle dingen, dus zowel jurken en rokken als banken en lampenkappen die tegenwoordig gemaakt worden maar lijken op spullen en kleding uit de jaren 20-80.
Hoe weet je of jouw jurk echt vintage of retro is?
Hoewel je misschien je nieuwe aanwinst bij een vintage winkeltje hebt gekocht in Parijs, hoeft zo’n jurkje natuurlijk niet per definitie vintage te zijn. Voor hetzelfde geld is het een bloemetjesjurk van de Hema uit 1990. Er zijn wel een paar dingen waar je op kunt letten. Hoewel er zelden een jaartal in een vintage jurk gestempeld staat, kun je aan een aantal dingen zien of zo’n exemplaar echt is of niet. Net als bij antieke kastjes of klokken moet je er wel een oog voor hebben.
De gebruikte materialen zeggen natuurlijk al heel veel over het jaartal van productie. Jurkjes en broeken waren in de jaren 50-70 vaak van synthetisch materiaal gemaakt zoals acryl, polyester en nylon en verwerkt in jersey, terlenka of corduroy (ribfluweel). Voor de oorlog had je nauwelijks nylon of polyester in de kleding en plastic ritsen werden pas gebruikt vanaf de jaren 60. Een was labeltje is ook een teken, dit werd pas in gevoerd in de jaren 60. Je kunt dus best een vintage jurkje hebben met was label en plastic rits, maar dan dateert hij dus niet uit de jaren 50, maar 60. Nog een leuke tip: de rits voor damesbroeken en rokken zat in de jaren 30 en meestal aan de zijkant.